Hoe de keizer aan de macht kwam: het verhaal van de roemrijke Kangxi
Portret van de jonge keizer Kangxi.
Keizer Kangxi schreef ooit: “Wie ben ik, dat ik te midden van al diegenen die ooit geregeerd hebben… ik daarvan het langst zou hebben geregeerd?”
Halverwege de 17e eeuw heerste Kangxi 61 jaar lang over het Koninkrijk van het Midden. In de vijfduizend jarige Chinese geschiedenis, diende hij niet alleen het langste als Hemelzoon, maar wordt hij ook herdacht als een van de meest wijze, grootmoedige en meest beschaafde en competentste keizer van alle keizers.
Kangxi was de vierde keizer van de Qing-dynastie (1644-1911). Qing heersers waren geen etnische Han-Chinezen. Het waren Mantsjoe volkeren die in stammen leefden en afkomstig waren uit de gebieden ten noorden van de Chinese muur. Ze hadden zich verenigd, zuidwaarts opgetrokken en China’s eerdere dynastie vervangen, de Ming, die toen aan het desintegreren was.
Kangxi’s briljante legaat is de hereniging van dit enorme keizerrijk op zowel politiek als sociaal vlak, het consolideren van het beleid van de Qing-dynastie en zijn bijdrage aan een veelvoud culturele en economische ontwikkelingen.
Maar dit was allemaal bijna geen werkelijkheid geworden. Het was namelijk zo dat toen Kangxi als kind de troon besteeg, zijn bewind bijna eindigde voordat het begonnen was.
Een ongunstig begin
Tijdens de jonge jaren van de Qing-dynastie was het keizerrijk nog heel chaotisch. Naast de onrust over de recentelijke oorlogen die leidden tot de plotselinge omwenteling en overgang naar een nieuwe dynastie, waren er ook nog opstandelingen die ongemoeid waren gebleven en was nog een groot deel van de Chinezen beducht voor hun nieuwe vreemde leiders.
De Qing werd formeel in 1644 opgericht en Kangxi werd tien jaar daarna geboren. Toen hij pas 8 jaar was, overleed zijn vader aan de pokken. In zijn laatste besluit, maakte de keizer bekend dat vier van zijn adviseurs die dicht bij hem stonden als een raad van regenten voor zijn jonge zoon moesten fungeren. Ze moesten de jongen ondersteunen bij staatszaken totdat hij volwassen was.
Deze senior officieren waren non-keizerlijke prinsen die trouw Qing keizers hadden gediend en zich voor hen verdienstelijk hadden gemaakt. Maar door deze wending zag een machtswellustige officier zijn kans schoon om een greep naar de troon te doen.
En nu over Aobai
Aobai (Gūwalgiya Oboi in het Mantsjoerijns) was een onderscheiden generaal uit een elite Mantsjoe geslacht. Helaas ging zijn kunde op het slagveld gepaard met een dictatoriale aard. Aobai verpletterde iedereen die hem in de weg liep en werd de machtigste aan het keizerlijke hof. Hij maakte veel vijanden en bijna niemand durfde hem tegen te spreken.
Wat betreft de jonge keizer - Aobai bespotte hem - hij was immers een generaal die vele veldslagen had geleverd en al veel bloedige oorlogen had gewonnen toen deze broekvent nog niet eens geboren was; hij had meer littekens aan de strijd overgehouden dan dat Kangxi aan successen had behaald. Aobai nam aan dat Kangxi slechts een marionet van hem zou worden en hem kon gebruiken voor zijn eigen manoeuvres.
Kangxi groeide op onder zijn tirannieke bewind. Hij lette goed op en wachtte zijn tijd af. Toen Kangxi 14 werd, de leeftijd waarop de Mantsjoe volwassen werden, nam hij officieel plaats op de troon en daarmee dreigde hij te botsen met Aobai.
De kleren van de keizer
Intussen was Aobai vreselijk dominant geworden. Hij zorgde ervoor dat leden van zijn politieke factie invloedrijke posities kregen in de regering, maakte talloze slachtoffers onder hen die tegen hem gekant waren, maakte staatszaken ondergeschikt aan zijn eigenbelangen en minachtte zelfs de keizer.
Aobai waagde het zelfs om zijn eigen gele keizerlijke drakenkleding te laten maken - symbolische kleding die alleen de keizer mag dragen. Dat was hoogverraad!
Op een dag, net toen Aobai zijn nieuwe kleren aanpaste en zichzelf als keizer in de spiegel bewonderde, bezocht iemand plotseling zijn landgoed. Het was een koninklijke afgezant die het meest recente keizerlijke besluit bij zich had: de formele aankondiging dat Kangxi plaats had genomen op de troon als een bona fide keizer. Toen deze officier Aobai’s kleding zag, was hij geschokt en beval hij keizerlijke wachten om een inval te doen. Maar deze mannen waren geen partij voor hem. Aobai wierp hen terzijde als lappenpoppen en ging er vandoor om zijn zaak hard te maken.
De afgezant vloog terug naar het paleis voor Aobai uit. Net toen hij de misdaad meldde, arriveerde de despoot. Hij deed de ronde en intimideerde en beledigde iedereen; alle officieren en de keizer. Aobai’s geraas maakte duidelijk dat hij dacht dat hij niks te vrezen had van Kangxi, met of zonder kroon, en zou blijven doen waar hij zin in had. Toen stampvoette hij er vandoor, vergenoegd dat hij nog steeds het hele paleis onder de duim had. Maar deze keer was de tiener Kangxi klaar om hem neer te halen.
De grote eindstrijd
Kangxi wist allang dat Aobai een etterende bedreiging was voor zijn rechtmatige heerschappij en de toekomst van de dynastie. Dat is waarom hij jaren daarvoor een groep jonge Mantsjoe vorsten om zich heen had verzameld. Aobai vond hen kinderlijk, niet ambitieus en nauwelijks beduidenswaardig. Maar Kangxi had in feite de slimste en sterkste uitgekozen. En wat Aobai altijd als een jongensachtige sport had beschouwd, was in feite Kangxi’s manier om hen voor te bereiden op hun ultieme krachtmeting.
En zo verliep het verder: in de lente van 1668 sommeerde de jonge keizer de steeds agressievere Aobai naar het hof. Aobai slenterde naar binnen, zoals altijd vol zelfvertrouwen. Hij vermoedde helemaal niets. Voordat hij het wist werd hij beschuldigd van 30 serieuze aanklachten en werd hij omsingeld door Kangxi’s jonge volgelingen. Razend en ook wanhopig, haalde Aobai snel zijn dolk tevoorschijn (verzaken om te ontwapenen voor je in de nabijheid van de keizer te begeven is ook een ernstig misdrijf) en gaat regelrecht op de keizer af. Hij was een bekwame vechter maar Kangxi’s mannen waren sterk en met velen. Na een woeste worsteling wordt Aobai op de grond vastgepind - voor eens en voor altijd.
Het begin van een glorieus bewind
Uit deze moeilijke episode in zijn jonge jaren bleek Kanxi’s buitengewone moed, vooruitziende blik en vastberadenheid. De jonge keizer toonde zichzelf een intelligente, tactische en waardige Hemelzoon.
In de halve eeuw die volgde diende Kangxi onvermoeibaar zijn land. Hij stabiliseerde de dynastie, bedaarde interne opstandelingen en buitenlandse rivalen en breidde China’s grenzen ver uit naar het westen en oosten. Onder zijn welwillende heerschappij floreerde het keizerrijk.
Kangxi leerde ook vol passie. Tijdens zijn leven begeerde en promootte hij voortdurend de eeuwenoude Chinese kennis, kalligrafie, poëzie en muziek. Hij maakte enorme sprongen in de geografie, wetenschap, de techniek, wiskunde en astronomie. Hij gaf opdracht voor talloze compilaties van gegevens, kaarten, geschiedenisboeken en literaire werken als ook encyclopedische werken zoals het Kangxi Woordenboek.
Keizer Kangxi leidde een glorieuze periode in tijdens het laatkeizerlijke China. Omdat hij de Hemelzoon was, werd de lange tijd dat hij op de troon zat als een teken van goedkeuring van het hemelse gezien.
Shen Yun’s klassieke Chinese dans: ‘Het verdedigen van de troon’ gaat over de krachtmeting tussen de jonge Kangxi en Aobai.
25 januari 2016