Reis naar het Westen
“De Reis naar het Westen” is een van de vier klassieke romans uit de Chinese literatuur. De roman werd geschreven door Wu Cheng'en in de 16e eeuw tijdens de Ming Dynastie. Dit populaire avonturenverhaal combineert actie en humor met spirituele lessen.
De roman speelt in de zevende eeuw. Het vertelt het verhaal van een van de volgelingen van Boeddha Sakyamuni die verbannen werd uit het hemelse paradijs als straf voor het minachten van de Wet van Boeddha. Hij wordt naar de mensenwereld gestuurd en gedwongen om tien levens lang religieuze zelfcultivatie te beoefenen om zo te boeten voor zijn zonden.
In zijn tiende leven, nu tijdens de Tang Dynastie, reïncarneert hij als een monnik met de naam Xuan Zang (ook wel de Tang monnik of Tripitaka genoemd). De keizer wil dat deze monnik naar het westen reist en de heilige Boeddhistische Mahayana geschriften terugbrengt naar China. Na geïnspireerd te zijn door een visioen van Bodhisattva Guanyin accepteert de monnik de opdracht en vertrekt hij op zijn heilige zoektocht.
Maar de Tang monnik is slecht toegerust voor zo’n hachelijke reis in zijn eentje. Zwak en verlegen als hij is, is hij geen partij voor de kwaadaardige wezens die hem willen doden en verslinden (zijn vlees, zo zegt men, maakt namelijk onsterfelijk). Daarom regelt de godin Guanyin een groep reisgenoten voor hem die hem volgen en beschermen: de dappere maar onstuimige Apenkoning (ook bekend als Sun Wukong), de wellustige Zhu Bajie (letterlijk: Varken Acht Geboden), de zwijgzame Sha Wujing (Zand Gewekt tot Zuiverheid) en het Witte Drakenpaard. Allen waren verbannen naar de mensenwereld voor misdaden begaan in de hemelen. Uit mededogen geeft Guanyin ze nog één kans om terug te keren naar hun hemelse woning: ze kunnen zich bekeren tot het Boeddhisme en de monnik Tang beschermen op zijn pelgrimsreis.
En inderdaad krijgen ze tijdens de reis de ene beproeving na de andere te verduren, in totaal 81 om precies te zijn. Met brute kracht of met listen jaagt een bonte mengeling van duivels en boze geesten op de monnik. Sommigen proberen het gezelschap te verleiden met rijkdom of schoonheid. Toch overwinnen uiteindelijk de vrome pelgrims. Ze keren terug naar China met de heilige geschriften en hernemen hun rechtmatige plaatsen in de hemelen.
“De Reis naar het Westen” staat bekend om zijn kleurrijke personages, in het bijzonder de Apenkoning en Zhu Bajie. De Apenkoning werd geboren uit een rots en verwierf bovennormale krachten door lessen van een Taoïstische meester. Door de combinatie van zijn ondeugende karakter en zijn enorme krachten veroorzaakte hij chaos in zowel de hemel als de onderwereld. De hemelse Jaden Keizer probeerde hem te kalmeren door hem de titel van Grote Hemelse Wijsgeer te geven, maar de Apenkoning kon zich niet beheersen en bleef onrust veroorzaken in het hemelse paleis.
Uiteindelijk bedwong de Boeddha, die nog steeds veel machtiger was, de brutale Apenkoning en zette hem vast onder een berg. Daar bleef hij vijfhonderd jaar vastzitten, totdat op een dag de Tang monnik de berg passeert. Dat is het moment waarop de Apenkoning heeft gewacht. Hij zweert trouwe dienst aan de monnik op zijn reis en wordt eindelijk weer vrijgelaten.
De Apenkoning blijkt een onmisbare hulp voor de monnik. Hij doorziet alle duivels en hun tovenarij, en is niet onder de indruk van rijkdom of schoonheid. Zijn humor helpt de monnik om te ontsnappen uit menige netelige situatie. En ondanks zijn soms onbeheerste gedrag krijgt hij later de eretitel “Boeddha die overwint in de strijd”.
Ook Zhu Bajie was ooit een godheid geweest, een admiraal bij de Hemelse Marine. Maar nadat hij in een dronken bui ongepaste avances richting de mooie Chang’e had gemaakt werd hij als mensenvarken naar de mensenwereld gestuurd. Zhu stond bekend als lui en vraatzuchtig, en nog erger: losbandig. Zelfs na tien jaar spirituele zelfcultivatie op zijn pelgrimsreis kan Zhu nog steeds deze begeertes niet loslaten, en daarom krijgt hij na het voltooien van zijn missie slechts de lage titel “Hemelse Altaarboodschapper”.
In deze roman die zo bol staat van symboliek staan de moeilijkheden die de reizigers tegenkomen eigenlijk symbool voor de beproevingen die een mens moet ondergaan op een spirituele reis.
27 juli 2011